zondag 22 oktober 2006

Boudewijn Büch - De kleine blonde dood



Vanmorgen las ik De kleine blonde dood van Boudewijn Büch uit, uitgegeven als Grote Lijster in 1995.

Het verhaal is (grotendeels) autobiografisch. Boudewijn beschrijft zijn jeugd in een gezin waarvan de gezinsleden geterroriseerd worden door de in WOII zwaar getraumatiseerde vader. Die reageert dit op alle manieren af op zijn vrouw en kinderen. Boudewijns broers gaan hiermee om door het te negeren, Boudewijn echter lukt dat niet. En zo komt het dat zijn ouders hem in een jeugdpsychiatrische inrichting laten opsluiten, bij sadistische nonnen. Dit speelt trouwens maar een heel kleine rol in dit boek en schijnt mn in andere boeken van Büch verder uitgediept te worden.

De ouders hebben aan de lopende band ruzie en het huwelijk eindigt uiteindelijk ook in een scheiding. Boudewijn ziet zijn vader nog maar één keer daarna, als hij vertellen wil dat hij op zijn beurt vader zal worden (terwijl hij homosexueel is).

De moeder van Mickey, Mieke denkt Boudewijn te kunnen genezen van zijn homosexualiteit, als hij dit haar nou maar zou toestaan, ze hebben immers een zoon samen! Zij wordt diep teleurgesteld, raakt aan de drank en verliest elke interesse in hun zoontje. Boudewijn neemt de zorg op zich, maar met moeite want hij kan moeilijk afstand doen van zijn vrije leventje.

Later overlijdt het zoontje Mickey (vernoemd naar de grote held van zijn vader, Mick Jagger) en raakt Boudewijn, net als zijn vader voor hem, geobsedeerd door het leed dat het leven hem heeft aangedaan. Zijn vader droeg een oorlog mee, Boudewijn het feit dat hij zijn zoontje niet heeft kunnen redden.

Het gegeven van dit boekje vond ik mooi: telkens spring je van het hier en nu (10 jaar na de dood van de kleine blonde (het zoontje)) naar de periode waarin zijn zoontje nog leefde, en naar zijn eigen jeugd. De verwevenheid van de levens en de onmacht van beide vaders en zonen is treffend en ontroerend beschreven.

Maar ook heb ik me regelmatig geërgerd aan de slechte schrijfstijl, met name de dialogen zijn hemeltergend.

De kleine blonde dood werd oorspronkelijk uitgegeven in 1985 en in 1993 door Jean van de Velde verfilmd, met Anthonie Kamerling in de hoofdrol (daar heet hij overigens Valentijn).

Geen opmerkingen: