zondag 28 september 2008

Hella Haasse - Het tuinhuis



Zeven verhalen, die beurtelings door Hella Haasse zelf en door Willem Nijholt worden voorgelezen.

In het eerste verhaal, het titelverhaal, beschrijft ze de lastige verhouding tussen een volwassen dochter en haar excentrieke moeder, die in het tuinhuis woont van het huis waar de dochter opgegroeid is en waaraan die slechte maar zeer vage herinneringen heeft.
Het tweede verhaal, Een perkara, beschrijft een schandaal waarover Haasse hoorde in haar jeugd in Nederlands-Indië. Ze doet dit vanuit het perspectief van een jongen die de vriendin van zijn vader uit diens Indische tijd, voor hij in het kamp verdween, in de Haagse schouwburg tegenkomt.
In het derde, Het portret, worden twee volwassen zussen en hun broer geconfronteerd met een portret dat de verpleegster van hun onlangs gestorven vader aan hen geeft. Wie staan er in hemelsnaam op dat portret?
Genus loci, het vierde verhaal, was het verhaal dat mij het minste boeide. Het beschrijft de bovennatuurlijke ervaringen die een vrouw op haar landgoed in Frankrijk heeft en die, na onderzoek, te maken moeten hebben met de leprozenkolonie die in lang vervlogen tijden op deze plek moet zijn geweest. Een mooi gegeven, maar niet mijn soort verhaal, het was me allemaal iets te gezocht.
De Lidah boeaja vond ik dan weer prachtig. Een Japanse in Batavia wordt begluurd door haar nieuwsgierige buurvrouwen. Luidkeels verwonderen zij zich erover dat de Japanse zich toch zo laat behandelen door haar man! Maar zij weten niet wat de Japanse wel weet...
In Een Korè verbindt Haasse het verhaal van Persephone aan het lot van een Nederlandse toeriste en haar man, classicus en amateur-archeoloog, in Griekenland.
Het laatste verhaal, Een kruik in Arelate, speelt zich af in het pas door de Romeinen gestichte Arles en toont op ontroerende wijze de kloof tussen de oorspronkelijke bewoners en de Romeinen.

Conclusie: zeven verhalen, waarvan er zes mij zeer aanstonden en één niet. Bij elk van de zeven verhalen geeft Haasse als toetje toe een soort verklaring: hoe is ze op dit verhaal gekomen? Van deze verhalenreeks roep ik daarom van harte uit: luister!

Marga Minco - De zon is maar een zeepbel



Gisteren gewandeld met mijn vriendinnen en daar zomaar langs de route dit boekje gevonden. Oke, ik moet toegeven, het was wel een georchestreerde vondst, want Gnoe liet het boekje geheel volgens afspraak voor mijn neus los zodat ik het eveneens geheel volgens afspraak o zo toevallig ende spontaan kon vinden.



Een heel dun boekje met twaalf droomverslagen. Wat mij opvalt is dat Minco net zo raar en onsamenhangend droomt als ikzelf. Ik heb er dus van genoten. Maar ik kan me evengoed voorstellen dat mensen die niets met dromen hebben dit niks zullen vinden.

maandag 22 september 2008

Jeremy Paxman - The English



Paxman onuitgelezen doorgegeven aan een van mijn boekvriendinnen. Mij kan hij niet boeien met zijn zoektocht naar wat de Engelsen nou zo typisch Engels maakt. Niet dat het slecht is hoor, dat dan ook weer niet. Maar Paxman heeft teveel, veel teveel woorden nodig. Teveel voorbeelden ook. Ina vroeg me of ik het een voorbeeld vond van een 'omgevallen boekenkast'. Nee, zei ik, meer een gevalletje van een 'omgevallen woordenboek'.